Logo_boor_variant_1_rgb_coated_1346159293-1
In het jaarverslag 2015, dat op 23 juni ter goedkeuring wordt besproken  in de gemeenteraad van Rotterdam, blikt Stichting BOOR terug op het afgelopen kalenderjaar. Onder de titel ‘nieuwe inrichting’ beschrijft BOOR hoe de scholen hebben gewerkt aan de versterking van de onderwijskwaliteit, de professionele cultuur en het educatief partnerschap met ouders.
Kwaliteitsslag scholen
In 2014 is BOOR gestart met een traject kwaliteitsverbetering voor het (speciaal) basisonderwijs, dat in 2015 is voortgezet. Aan de gestegen resultaten van de eindtoets in het basisonderwijs van BOOR – gemiddeld 1,2 punt hoger dan in 2014 - is te zien dat dit op veel scholen zijn vruchten heeft afgeworpen. Belangrijker nog is dat er een cultuurverandering heeft plaatsgevonden op de scholen. Huub van Blijswijk, voorzitter college van bestuur van BOOR: “Het professionele gesprek over het vak en over de manier waarop je jezelf kunt verbeteren is op gang gekomen. Bovenschoolse directeuren hebben meer instrumenten gekregen om schoolleiders te bevragen en aan te sturen. Ook in het voortgezet en speciaal onderwijs heeft de ontwikkeling van de professionele cultuur hoog op de agenda gestaan in 2015, en dat staat hij nóg. Onze leerlingen profiteren van deze cultuurverandering; bevlogen leraren die zich blijven ontwikkelen in hun vak weten de nieuwsgierigheid van kinderen dusdanig te prikkelen dat zij het maximale uit zichzelf halen.”
 
Organisatieontwikkeling
Als organisatie bereikte Stichting BOOR belangrijke mijlpalen in 2015. Zo was daar de totstandkoming van het nieuwe Koersdocument voor de periode 2016-2020: leerlingen van nu, burgers van morgen. Hierin zet BOOR de ambities uiteen die zij voor deze periode heeft, kernachtig samengevat als het verzorgen van het Best denkbare Openbare Onderwijs in Rotterdam. Ook beëindigde de Inspectie eind 2015 het verscherpt toezicht op het bestuurlijk handelen en de financiën van BOOR, en sprak zij vertrouwen uit in de lijnen die uitgezet zijn voor de toekomst. Huub van Blijswijk: “BOOR heeft in 2015 belangrijke stappen gezet naar een sterke en gezonde organisatie. We zijn er nog niet, maar hebben met de inspanning van alle medewerkers een enorme slag kunnen maken. Dat is een groot compliment waard.”
 
Financieel resultaat
Stichting BOOR heeft het jaar positief kunnen afsluiten. Enerzijds komt dat door de gezonde begrotingsdiscipline die scholen aan de dag hebben gelegd, anderzijds doordat BOOR op organisatieniveau grote inkoopvoordelen voor de scholen heeft weten te realiseren. Beide inspanningen hebben geleid tot een voordelig resultaat, dat is toegevoegd aan het eigen vermogen van de scholen. Het weerstandsvermogen van BOOR is daarmee toegenomen tot 7 procent. De komende jaren groeit deze financiële buffer richting de minimaal noodzakelijke 10 procent.
 
Aandachtspunten
Biedt het resultaat van 2015 voldoende reden om tevreden achterover te leunen? “Tevreden mogen we zijn, maar achterover leunen doen we niet” aldus Huub van Blijswijk. “Onderwijs is per definitie in beweging. Bovendien hebben we bij BOOR nog genoeg thema’s die extra aandacht nodig hebben. Zo blijft de reductie van het ziekteverzuim een belangrijk punt in 2016. De werving van bekwame leraren is een tweede, en we hebben ook onze ambities op het gebied van ouderbetrokkenheid. Alles om maximale kansen te creëren voor kinderen en jongeren in Rotterdam. Daar lopen we bij BOOR het vuur voor uit de sloffen!”